Onderzoek 14: Microscopie bloed 1. Onderzoeksvraag Welk bloedbeeld bevat et gevonden bloed van het slachtoffer onder de microscoop? 2. Voorbereiding a. Begrippen als achtergrond voor experiment May- Grünwald is op basis van alcohol en bevat May - Grünwalds eosine, methyleenblauw en methanol ( > 85% ). Giemsa is op basis van alcohol en bevat Giemsas azuurblauwe eosine, methyleenblauw, methanol ( > 50% ) en glycerol. b. Materiaal + stoffen Materiaal: - microscoop - dekglaasje - centrifuge - objectglaasje Stoffen: - May-Grunwald kleuring - Giemsa kleuring - methanol - KH2PO4 - Na2HPO4 c. Bereiding oplossingen Fosfaatbuffer met een pH van 6,6: Weeg 1,639 g KH2PO4 (MM: 136,09 g/mol) af en 0,793 g Na2HPO4 (MM: 268,1g/mol), los dit op in een maatkolf van 100 ml. d. Opstelling (foto) CSI- en forensisch onderzoek Website: www.chemieleerkracht.be Mail: Filip.Poncelet@ucll.be e. Veiligheid i. Etiketten ii. H/P zinnen May-Grünwald: H225-H301-H311-H331-H370 P210-P260-P280-P301 + P310-P311 Giemsa: H225-H301 + H311 + H331-H370 P210-P260-P280-P301 + P310-P311 Methanol: H 225-331-311-301-370: Licht ontvlambare vloeistof en damp. Giftig bij inademing. Giftig bij contact met de huid. Giftig bij inslikken. Veroorzaakt schade aan organen. P 210-233-280.1+3+7-301+310-302+352: Verwijderd houden van warmte/vonken/open vuur/hete oppervlakken. — Niet roken. In goed gesloten verpakking bewaren. Beschermende handschoenen en oogbescherming dragen en in afzuigkast werken. NA INSLIKKEN: onmiddellijk een ANTIGIFCENTRUM of een arts raadplegen. BIJ CONTACT MET DE HUID: met veel water en zeep wassen. KH2PO4: Geen H- of P-zinnen CSI- en forensisch onderzoek Website: www.chemieleerkracht.be Mail: Filip.Poncelet@ucll.be Na2HPO4: Geen H- of P-zinnen iii. WGK code May-Grünwald: 1 Giemsa: 3 Methanol: 1 KH2PO4: 1 Na2HPO4: 1 iv. COS brochure Methanol: KH2PO4 en Na2HPO4: 3. Uitvoeren a. Werkwijze - Centrifugeer het bloedstaal 1 minuut op 5000 toeren per minuut. - Je kan nu een onderscheid maken tussen de verschillende componenten in het bloed. - Neem een objectglaasje en maak een uitstrijkje van 1 druppel bloed. - Instructies uitstrijkje: doe een druppel bloed op 1,5 cm van het objectglaasje. Met je duim en wijsvinger van de ene hand zorg je ervoor dat je het objectglaasje stevig op de tafel houdt en met de andere hand ga je een 40°-hoek maken met een ander objectglaasje. Vervolgens ga je met het objectglaasje dat in 40° staat achteruit trekken over de druppel zodat het bloed uitloopt een verdeelt is over de volledige lijn van het objectglaasje. Dan ga je met het CSI- en forensisch onderzoek Website: www.chemieleerkracht.be Mail: Filip.Poncelet@ucll.be objectglaasje (40°) een snelle beweging maken en naar voor schuiven met dezelfde druk en hoek. Het bloed zal zich meeslepen en gaat steeds dunner worden naar achter toe. Vervolgens laat je het uitstrijkje aan de lucht drogen. - Kleur het uitstrijkje volgens de instructies in onderstaande tabel. Fixatie Inhoud Methanol Tijd 10 min Kleuring 1 MayGrünwald 5 min Kleuring 2 Giemsa 15 min Spoeling 1 Fosfaatbuffer 1 min Spoeling 2 Fosfaatbuffer 1 min Droogstap / 2,5 min - Na de kleuring bevestig je een dekglaasje en een druppel olie. - Zet het onder de microscoop en zoek naar de rode bloedcellen, bloedplaatjes en de verschillende soorten witte bloedcellen. b. Waarneming (+ foto’s) CSI- en forensisch onderzoek Website: www.chemieleerkracht.be Mail: Filip.Poncelet@ucll.be Uitstrijkjes: Samenstelling bloed: Bloed 55% plasma serum water (90%) fibrinogeen opgeloste stoffen (10%) 45% vast rode bloedcellen (RBC) witte bloedcellen (WBC) bloedplaatjes (BPL) Bloed onder de microscoop: Algemeen bloedbeeld CSI- en forensisch onderzoek Website: www.chemieleerkracht.be Mail: Filip.Poncelet@ucll.be Rode bloedcellen Witte bloedcellen Bloedplaatjes neutrofiel eosinofiel basofiel CSI- en forensisch onderzoek Website: www.chemieleerkracht.be Mail: Filip.Poncelet@ucll.be lymfocyt monocyt 4. Reflecteren a. Besluit Je ziet op het algemeen bloedbeeld dat er verschillende soorten cellen te onderscheiden zijn op de afbeelding. CELTYPE Rode bloedcel (=erytrocyt) Witte bloedcel (=leukocyt) - Neutrofiel - Eosinofiel - Basofiel - Monocyt BELANGRIJKSTE PRODUCTEN Hemoglobine BELANGRIJKSTE FUNCTIES CO2- en O2-transport Afweer tegen vreemde materie Specifieke granula en niet-specifieke (azurofiele) granula (gemodificeerde lysosomen) Specifieke granula, farmacologisch actieve stoffen Specifieke granula (histamine, heparine) Granula met lysosomale enzymen Fagocytose van bacteriën Afweer tegen parasitaire wormen, modulatie van ontstekingsreactie Afgifte van histaminen en andere ontstekingsmodulatoren Basis voor mononucleairefagocytensysteem in periferie; fagocytose en vertering van protozoa, viruspartikels en verouderde cellen CSI- en forensisch onderzoek Website: www.chemieleerkracht.be Mail: Filip.Poncelet@ucll.be - B-lymfocyt Immunoglobulinen - T-lymfocyt Stoffen die andere cellen doden; stoffen die de activiteit van andere leukocyten controleren Stollingsfactoren Bloedplaatje Vorming van antilichaamvormende plasmacellen Doden van virusgeïnfecteerde cellen Bloedstolling b. Koppeling aan leerplan/nen Eerste graad: c. Bronnen i. Literatuur Auteur: Barbara Bain, titel: ‘A Beginner’s guide to blood Cells’ Aankoop mogelijk via Bol: https://www.bol.com/nl/p/beginner-s-guide-to-bloodcells/1001004002119127/?bltg=itm_event%3dclick%26mmt_id%3d4461d3b16bd17f5e%2 6pg_nm%3dpdp%26slt_id%3dprd_reco%26slt_nm%3dproduct_recommendations%26slt_ pos%3dC1%26slt_owner%3dccs%26itm_type%3dproduct%26itm_lp%3d1%26itm_id%3d1 001004002119127%26itm_role%3din ii. Link http://www.ronaldschulte.nl/bloedcellen-van-de-mens.php 5. Tips and tricks Het verschil tussen T- en B-lymfocyt is niet zichtbaar onder de microscoop. De proef kan in de klas worden uitgevoerd door eventueel oude bloeduitstrijkjes te vragen in een privé-labo of ziekenhuislabo of eventueel bij de opleiding UCLL biomedisch laboratoriumtechnologie. Deze uitstrijkjes kunnen voor een lange tijd worden gebruikt. Indien er op een school geen microscopen aanwezig zijn om de uitstrijkjes te bestuderen, kan je via videomateriaal op Youtube of afbeeldingen uit de literatuur, zoals in het boek van Barbara Bain. Hiermee kan je duidelijk de verschillende soorten bloedcellen aantonen. Vul in onderstaand schema de ontbrekende woorden in. CSI- en forensisch onderzoek Website: www.chemieleerkracht.be Mail: Filip.Poncelet@ucll.be Kies uit: rode bloedcellen, fibrinogeen, plasma, witte bloedcellen, opgeloste stoffen, bloedplaatjes, water, Bloed 55% ............. serum .............................. ................(90%) ........................... .............................. ................(10%) 45% .................. .............................. ........................ .............................. ........................ .............................. ........................ CSI- en forensisch onderzoek Website: www.chemieleerkracht.be Mail: Filip.Poncelet@ucll.be