Oefentoets periode 3 Scheikunde (4V) april ‘13 Pulsar Chemie, 4V, HST 5+7 Je hebt 100 minuten om de vragen te beantwoorden Opgave I 1■ (1p) 2■ (2p) Welk oxide? 3p Er wordt in een omschrijving van een proef gesproken over een ijzeroxide. Er staat echter niet of het om ijzer(II)oxide of om ijzer(III)oxide gaat. Helaas wordt ook de kleur van het ijzeroxide niet vermeld. Wel wordt het massapercentage ijzer in de stof genoemd. Geef de formule van ijzer(III)oxide Wat is het massapercentage ijzer dat in de omschrijving genoemd wordt als het om ijzer(III)oxide zou gaan? Geef de berekening. Opgave II Zoutoplossingen 14p Er wordt een klein proefje uitgevoerd: Stap 1: 0,37 gram bariumhydroxide wordt in 100 mL water gebracht. Stap 2: 0,18 gram aluminiumethanoaat wordt opgelost in 100 mL water. Stap 3: de twee mengsels uit stap 1 en 2 worden bij elkaar gegoten. 3■ (1p) Wat is de MAC waarde van bariumverbindingen? (gebruik je BINAS) 4■ (2p) Geef voor de eerste stap de oplosvergelijking. 5■ (3p) Bereken de concentratie hydroxide-ionen in de oplossing in M. 6■ 7■ (3p) Bereken de concentratie aluminium-ionen in de oplossing bij stap 2 in M. (2p) Bij stap 3 ontstaat een vaste stof. Geef de vergelijking voor de vorming van deze vaste stof. 8 ■ (3p) Laat met een berekening zien hoeveel gram vaste stof er ontstaat. Opgave III Kristalwater 4p Onder bepaalde omstandigheden komt al het kristalwater uit 350 gram hypo (= Na2S2O3.5H2O) vrij. Er ontstaat 200 dm3 waterdamp. 9 ■ (1p) Geef de reactievergeliijking voor het vrijkomen van het kristalwater uit hypo. 10 ■ (3p) Bereken Vm bij de heersende omstandigheden. Mocht je vastlopen, ga er dan vanuit dat er 6,50 mol water vrijkomt (dit is niet het juiste antwoord). Opgave IV Lente 7p Het is (bijna) weer lente! Lammetjes in de wei, vogels gaan fluiten en eieren leggen, lekker in het licht naar school fietsen, vlinders in je buik. Een tijd voor vernieuwing en groei. Dat betekent dat er ook allerlei chemische reacties vers op gang komen. De concentratie CO2 in de lucht daalt bijvoorbeeld sterk in de lente. 11 ■ (1p) Leg uit waarom de concentratie CO2 in de lucht daalt in de lente. Soms komen ‘lentereacties’ te vroeg op gang, zoals deze winter: Door: redactie Algemeen Dagblad / 2-2-12 - 11:05 krijgt waarschijnlijk nu een terugslag. 'Zoals de fluwelen zwemkrabben, brokkelsterren en de groene wierslak in onze kustwateren. Stichting Anemoon constateerde in eerdere koude periodes al vaker grote sterfte onder deze beesten bij aanhoudend lage zeewatertemperaturen.' Vlinders die als vlinder de winter doorbrengen, krijgen het nu zwaar. 'Denk aan de citroenvlinder en dagpauwoog. Volgens de Vlinderstichting hebben die het de afgelopen decennia al zeer zwaar gehad door de combinatie van zeer warme winters en koude periodes. Die krijgen nu nog een extra klap', aldus Van Vliet. Groeiers en bloeiers gaan een onzekere tijd tegemoet. Na lente-achtige omstandigheden, waarin bloemen veel te vroeg opkwamen, volgde deze week een omslag naar vrieskou. Volgens bioloog Arnold van Vliet van Wageningen Universiteit kunnen de vroege bloeiers en bepaalde vlindersoorten een behoorlijke terugslag krijgen. Het KNMI voorspelt dat het in ieder geval de komende week nog flink onder nul blijft, vooral 's nachts. Daarna is de kans op koud winterweer 50 procent. Omdat een erg warme december en januari gevolgd door extreem lage temperaturen niet vaak voorkomt, is het afwachten hoe de natuur reageert, aldus de bioloog. Terugslag Volgens Van Vliet breidde warmte zich de laatste jaren steeds verder uit, waardoor de soorten die dat lekker vinden het steeds beter deden. Een deel van die soorten 12 ■ (1p) Bloembollen kunnen wel wat hebben, maar een langere periode met flinke vorst wordt uitgelopen bollen te veel. Van Vliet: 'Bij strenge vorst is het bijvoorbeeld einde oefening voor de al zeer vroeg bloeiende narcissen.' Daarentegen kan de overlastgevende eikenprocessierups wel tegen een stootje. Van Vliet: 'Die wacht als ei op het echte voorjaar en kan gemakkelijk -20 aan.' Trekvogels De winter kan ook goed uitpakken voor onze trekvogels die nu in Afrika zitten, die tot nu toe vaak te laat terugkwamen in het voorjaar vanwege de erg vroege lente. 'Het blijft echter afwachten hoe de temperatuur zich de komende 2 maanden ontwikkelt.' Volgens Van Vliet is er bij bomen weinig aan de hand. 'De ontwikkeling van uitlopers was nog niet echt op gang gekomen.' Leg uit of het uitkomen van narcissen meer afhankelijk is van de temperatuur of van de daglengte (hoeveelheid daglicht per dag). Bloeiende narcissen hebben een sterke geur, mede veroorzaakt door ethylbenzoaat (hiernaast): 13 ■ (1p) H H C C Geef de molaire massa van ethylbenzoaat. In een klaslokaal (298K, p-=p0) van 75 staan 10 narcissen te geuren. Per bloem komt er 10 mg ethylbenzoaat vrij in gasvorm. 14 ■ (4p) Opgave V H H H Bereken hoeveel volume-ppm ethylbenzoaat dat oplevert in het lokaal. Campingbrander 12p H C O C C H C C C m3 O CH3 Campinggaz Trianga Twee typen branders voor het “echte” kamperen worden vergeleken. De ene brander is de bekende blauwe tank van Campingaz met daarin een mengsel van butaan en propaan (50/50 vol%). De ander is van het Zweedse merk Trianga, waarbij gebruik wordt gemaakt van spiritus. Van de campingaz wordt een tank gebruikt met een inhoud van 450 mL. De tank wordt gewogen en heeft en gewicht van 370 gram. De tank wordt gebruikt om 5x een pan met 1,0 liter water op te warmen van 20 graden tot aan het kookpunt. Na het opwarmen wordt de tank weer gewogen en dan blijkt deze nog maar 210 gram te wegen. Wanneer de tank leeg is dan weegt deze slecht 45 gram. De spiritus brander wordt eveneens ingezet voor het verwarmen van 5 pannen met 1,0 liter water. De volle Trianga 1000 mL fles weegt voor het experiment 1250 gram en na het experiment 980 gram. De spiritus in de fles Trianga wordt niet onder druk bewaard. 15 ■ (4p) Bereken hoeveel liter koolstofdioxide is vrijgekomen bij het opwarmen van de 5 pannen water met de spiritus brander. 16 ■ (2p) Bereken hoeveel mL spiritus er nog in de fles aanwezig is na het experiment 17 ■ (4p) Bereken hoeveel gram propaan en hoeveel gram butaan er in de volle campinggaz tank aanwezig zijn. 18 ■ (2p) Bereken het molair volume in de tank campinggaz na het uitvoeren van het experiment. einde van de oefentoets