1 GESCHIEDENIS 3 VWO HOOFDSTUK 1: OORLOG EN CRISIS Paragraaf 1: DE EERSTE WERELDOORLOG De Eerste Wereldoorlog begint De 5 belangrijkste oorzaken van WOI: 1. Imperialisme Het Britse Imperium besloeg een zesde deel van al het aardoppervlak, Duitsland wilde ook zo’n groot rijk. Daarom liet keizer Wilhelm II een sterke vloot bouwen. Veel landen werden anti-Duits door deze plannen van Wilhelm. 2. Nationalisme (en revanchisme) Ook veel Fransen waren anti-Duits. Dit kwam door de Frans-Duitse oorlog waarin de Fransen verslagen werden. Veel van hen wilden wraak. Kinderen leerden op school trots te zijn op eigen land en volk, andere volken werden gezien als bedreiging. 3. Militairisme (en wapenwedloop) Het opkomen van nieuwe wapens was steeds meer aanwezig, alle mannen moesten in het leger. 4. Economische concurrentie Duitsland streefde Engeland voorbij in industrie en vloot, hierdoor ontstonden onderlinge spanningen. 5. Bondgenootschappen, snel oorlog met meer landen Centralen: Triple-Entente Duitsland Engeland Oostenrijk-Hongarije v.s. Franrijk Italië Rusland 1870-1871: Frans-Duitse oorlog: Duitsland wint. 1914: Moord op Frans Ferdinand. 1915: Duitse duikboot torpedeert Engels schip met Amerikaanse passagiers. 1917: Duitsland kondigt onbeperkte duikbotenoorlog aan : Amerika verklaart Duitsland de oorlog. 1918: Rusland sluit vrede met Duitsland: alleen nog het westfront (loopgravenoorlog). 1919: Vrede van Versailles. 2 Paragraaf 2: DE VERENIGDE STATEN De Verenigde Staten wordt een wereldmacht 1906: Theodore Roosevelt krijgt nobelprijs voor de vrede (president van 1901 tot 1909) Theodore had zich bemoeit met de Russisch-Japanse oorlog. Na de Amerikaanse Burgeroorlog (1861-1865) was het land vooral bezig met herstel en het stichten van nieuwe staten. Door Roosevelt werd het buitenlandse beleid veel actiever. 1919: Woodrow Wilson (Democraat) krijgt nobelprijs voor de vrede (president van 1913 tot 1921) Wilson kreeg de prijs vanwege zijn inspanningen om WOI tot een goed einde te brengen. Direct na de uitbraak van de gevechten in Europa verklaart Amerika zich neutraal. Amerika werd meer anti-Duits: 1. Duitsers torpedeerden een Engels passagiersschip met veel Amerikaanse passagiers. 2. Amerika onderschepte Duitse ‘Zimmermanntelegram’; hierin zei Duitsland de duikbotenoorlog in februari 1917 te hervatten en vroeg hulp aan Mexico in ruil voor hulp in een lang conflict tussen de VS en Mexico. Drie maanden later kwam Wilson met oorlogsverklaring aan Duitsland als enige opossing om de democratie in de wereld te beschermen. Als plan om oorlogen in de toekomst te voorkomen stelde hij de Volkenbond op; Een organisatie van landen die bij spanningen als scheidsrechter kon optreden. Hierdoor werd hij gezien als vredestichter en kreeg hij in 1919 de nobelprijs. Kater na WOI In eigen land werd Wilson minder gewaardeerd. Waarom? 1861 - 1865 Amerikaanse Burgeroorlog. Republikeinen winnen de burgeroorlog. Republikeinen waren voor: sterk federaal bestuur, tegen slavernij. Democraten waren voor: vrijheid verschillende staten, zwak federaal bestuur . . De Republikeinse partij krijgt veel aanhang. 1865: Slavernij afgeschaft door toenmalige president Abraham Lincoln. Na deze oorlog leverden de Republikeinen opvolgende presidenten. Wilson had 14 punten voor een ideale wereld, voorstander van overheidsingrijpingen en Idealisme. Deze beelden pasten niet bij het oude beeld van democraten, Wilson maakt langzame wisseling Democraten en Republikeinen. 1918: Verkiezingen voor Congres, Democraten verliezen met meerderheid. Het congres stemde tegen Verdrag van Versailles, macht Congres was groter dan macht President. 3 Roaring 20’s President Harding (Republikein) was de opvolger van Wilson. Amerika ging zich minder met buitenland bemoeien: Isolationisme. Economische groei, VS werd consumptiemaatschappij. Veel Amerikanen gingen geld lenen voor de consumptie van goederen. Presidenten Harding, Coolidge en Hoover wilden economisch liberalisme (geen overheidsbemoeienis). Vrije marktseconomie; vraag en aanbod bepalen prijs. Fabrieken konden relatief goedkoop verkopen; belastingen gingen omlaag, wegen waren goed. Economie leek goed te gaan. Paragraaf 3: ECONOMISCHE CRISIS Bedreigingen voor de Amerikaanse economie Boeren vonden ‘roaring 20’s’ niet leuk. Boeren namen hypotheek om meer te verbouwen voor Europa. Na de oorlog viel de vraag van Europa weg, gevolg: overproductie. Veel boeren gingen failliet en de prijzen daalden, fabrikanten en landbouwmachines kregen minder vraag (kettingreactie). Consumptiemaatschappij was te veel aanwezig: veel advertenties en kopen op afbetaling was mogelijk. Producenten investeerden veel om aan de vraag te voldoen, ze waren afhankelijk van de binnenlandse markt. Banken bouwden geen reserves en er was geen controle of mensen het geleende geld wel terug konden betalen. Amerikanen hadden heel veel vertrouwen in de economische groei en iedereen kocht mee. Aandelen: - Iedereen mocht aandelen kopen - Als een bedrijf winst maakt worden de aandelen duurder: koersen stijgen - Men kon aandelen kopen met geleend geld Zwarte donderdag 1929: Herbert Hoover president Auto markt en luxeproducten begon verzadigd te raken, verkoop aantallen namen terug. Sommige mensen begonnen aandelen te verkopen: koersen daalden. Donderdag 29 oktober 1929: 16 miljoen aandelen aangeboden, dag van de beurskrach. Economie zakte in elkaar. Wie in de problemen? Consumenten, fabrikanten, mensen met geleend geld 4 Amerikaanse crisis wordt wereldcrisis - Amerikanen hadden aan Duitsland geld geleend (1924) en wilden dat terug, dus toen kwam Duitsland in de problemen. - Landen waren door onderlinge handen verbonden, Nl export liep ook terug. - Landen gingen hun eigen producten beschermen: hoge importtarieven. - Vrijemarkteconomie werd vervangen door economie met tariefmuren - Ook in NL: failissementen en werkeloosheid. Paragraaf 4: WIE WAS ROOSEVELT Franklin Delano Roosevelt Geboren: oorspronkelijke herkomst: Broers/zussen: Voorstander: 1882 Zeeland Theodore(president republikeinen) Democratie 1910: senator voor staat New York 1913: onderminister marine(verzoek van Wilson) vergrote marine en ontwikkelde betere onderzeeërs → wo| 1920: Gekozen als kandidaat voor het vicepresidentschap → verslagen door Harding 1921: Getroffen door polio → benen verlamt 1928: Gouverneur van New York 1932: Presidentskandidaat 1933: President van Amerika(VS) 1944: Gekozen voor 4e keer als president 1944: Overlijden Roosevelt. Nieuwe wetten om de economie te versterken(zie bron 5) 1. de Emergency Banking act(1933) alle banken werden tijdelijk gesloten. 2. de Civillian Conversation Corps(1933) 2,5 miljoen werkloze jongeren(18-25) werden aan het werk gezet in het bos tegen de strijd tegen bodemerosie. 3. de Agricultural Adjustment Act(1933) boeren moesten overproduceren op producten die niet in overschot waren → boeren kregen daarvoor subsidie. 4. de Tennessee Valley Authority(1933) geïnvesteerd in waterenergie om kunstmest te maken. 5. de Naional Industrial Recovery Act(1933) bedrijven werden aangespoort met overheid afspreken wat ze produceren en de aanpak.