18-10-2025, 22:34 Actieonderzoek - [Kurt Lewin] Actieonderzoek (1933) - Kurt Lewin Door Arienne van Staveren Inleiding ‘Niets is praktischer dan een goede theorie.’ Met dit statement doet Kurt Lewin in 1947 een oproep om de spreekwoordelijk kloof tussen theorie en praktijk achter ons te laten en theoretische kennis en de geleefde wereld niet als twee gescheiden werelden te zien. Theoretische kennis van sociale fenomenen is volgens Lewin geen afzonderlijk statuut dat ons de werkelijkheid voorschrijft en dat door experts vanaf de zijlijn is vastgesteld. Kenniscreatie, theorieontwikkeling en kennistoepassing vinden in de praktijk en samen met de praktijk plaats door met elkaar te leren en van elkaar te leren en zo te werken aan verandering. Onderzoeken, leren en veranderen zijn zonder elkaar niet denkbaar. De praktijk is niet alleen afnemer maar ook producent van kennis. Leren, onderzoeken en veranderen vormen een symbiose. De radicaliteit van deze symbiose heb ik ervaren in mijn kennismaking met Lewin. Ik heb mijn wortels in de kunst. Jarenlang heb ik eerst als kunstenaar en later als tentoonstellingsmaker de wereld vanuit een beeldend en poëtisch denken gezien en waargenomen. In mijn loopbaan heb ik de overstap gemaakt naar een wetenschappelijke wereld. De wereld van onderzoek, van beredeneerde kennis en van weten. Het gemis dat ik daarin tegenkwam, werd goedgemaakt in de ontmoeting met Lewin. Opeens was de wereld van onderzoek en kennis geen ivoren toren maar maakte deel uit van de geleefde werkelijkheid die zich ontwikkelt en voortdurend verandert. Een levende wereld waarin nieuwsgierigheid het wint van bewijszucht en waarin de morsigheid van het alledaagse omarmd moet worden om tot dieper begrip te komen. Dagelijks maak ik gebruik van Lewins inzichten door voortdurend bewust te zijn dat leren en onderzoeken hand in hand https://www.canonvanlerenenontwikkelen.nl/actieonderzoek 1/9 18-10-2025, 22:34 Actieonderzoek - [Kurt Lewin] gaan, dat het hier en nu van grote betekenis is en dat sociale interactie en groepsdynamiek altijd aan de orde zijn in organisaties en het werken aan verandering. Aan Lewins statement is een wereld van denken, handelen en leren ontleend die we aanduiden met actieonderzoek. Actieonderzoek (action research) is een concept over kennisontwikkeling en leren. Dit hoofdstuk beschrijft actieonderzoek en laat zien dat de inzichten van Lewin de tand des tijds hebben doorstaan. De relevantie ervan is alleen maar toegenomen. Nu de menselijke ecologie, de sociale (organisatie) ecologie en de aarde verhevigd op elkaar en tegen elkaar in werken (veel meer dan in Lewins tijd) brengt juist actieonderzoek de verschillende dynamieken ertussen aan het licht. Actieonderzoek is een aanpak waarin leren, experimenteren en vernieuwen zó samenkomen dat er niet alleen kennisontwikkeling plaatsvindt maar tegelijkertijd wordt geleerd. Ik licht het gedachtegoed van Kurt Lewin toe en laat zien wat de actuele betekenis is van zijn theorie. Actieonderzoek is een aanpak waarmee mensen in de praktijk hun handelingsruimte kunnen vergroten en actief kunnen werken aan vernieuwing of verbetering. Theorie Biografie van Kurt Lewin Kurt Lewin wordt in 1890 geboren in Duitsland en groeit op in Berlijn in een joods gezin. Na het gymnasium gaat hij naar de Berlijnse Universiteit om daar medicijnen te studeren. Maar de jonge Kurt heeft meer interesse in psychologie. Zijn joodse afkomst brengt hem al jong in contact met afwijzing en groepsgedrag in een samenleving waar het antisemitisme broeit, en waarin hij ziet hoe gedrag in groepen onder druk wordt versterkt. Hij wil het gedrag leren begrijpen en komt terecht in de collegebanken bij de op dat moment zeer bekende psycholoog Carl Stumpf. Stumpf inspireert Lewin in het leren kijken naar tussenmenselijke verhoudingen en sociaal gedrag. In 1933 vlucht hij voor de nazi’s naar de VS, na opnieuw geconfronteerd te zijn met excessief groepsgedrag. Keer op keer ziet hij hoe externe en sociale druk mensen aanzet tot gedrag en hoe deze bepalend zijn voor tussenmenselijke verhoudingen. Groepsgedrag wordt de focus van zijn wetenschappelijke zoektocht. Aan de universiteit van Iowa wordt hij hoogleraar kinderpsychologie en daarna directeur van het onderzoekscentrum voor groepsdynamica aan het technologische instituut van Massachusetts (MIT). De inzichten die hij daar ontwikkelt, vormen tot op de dag van vandaag de basis van onze kennis over dynamiek in groepen. Hij wordt bekend als de grondlegger van de sociaal psychologie en ontwikkelt op basis van zijn inzichten een theorie die we kennen onder de naam Gestaltpsychologie. In de jaren veertig van de twintigste eeuw ontwikkelt hij, mede op basis van het Gestaltdenken, een leertheorie, waarin hij onderzoek en ervaringsleren aan elkaar verbindt. Deze theorie kennen we onder de naam action research, of actieonderzoek. Lewin overlijdt in 1947. Centraal concept Lewin ontwikkelt zijn leertheorie in antwoord op de vragen van zijn tijd. De praktijk van scientific management en de daaruit voortkomende opgeknipte arbeidsprocessen roepen https://www.canonvanlerenenontwikkelen.nl/actieonderzoek 2/9 18-10-2025, 22:34 Actieonderzoek - [Kurt Lewin] steeds meer weerstand op. Het is, in die jaren waarin Kurt Lewin werkzaam is in de VS, een periode van wederopbouw en groei. Er is geloof in vooruitgang. Er ontstaan nieuwe opvattingen over hoe een organisatie aangestuurd kan worden en hoe omgang met werknemers daarin een rol speelt. De onderzoeken van Elton Mayo in de Hawthornefabrieken tussen 1927 en 1932 (Mayo, 1945) laten zien dat de prestatiebeloning, die binnen het scientific management gezien wordt als de belangrijkste motor voor een hoge arbeidsproductiviteit, haar grenzen kent. Immateriële beloning, zoals status en respect, blijken een minstens even belangrijke prikkel te zijn om werknemers tot betere prestaties aan te zetten. Werk moeten we niet primair zien als een economische activiteit, maar als een sociale activiteit, waarin mensen zichzelf kunnen ontplooien, waarin democratie en gelijke behandeling een plek krijgen en waarin vrijheid tot handelen een belangrijke waarde wordt. Deze benadering van arbeid wordt bekend onder de naam Human Relations School. Maar leidinggevenden zijn gewend aan een puur zakelijke instelling en zijn niet in staat om op deze ontwikkelingen een antwoord te geven. Het management heeft angst voor oncontroleerbaarheid en effecten die het niet kan overzien wanneer medewerkers meer stem en meer ruimte krijgen. Zo komt vanuit het management van grote bedrijven de vraag naar trainingen om menselijke behoeften te reguleren (Nijkerk, 1975). De vraag naar een meer menselijke instelling is tot op de dag van vandaag actueel gebleven. De zoektocht naar hoe we het persoonlijk kunnen en durven maken, zien we terug in een groot aanbod aan leiderschapstrajecten en ontwikkelpropramma’s. Vraag naar regulatie Hoe deze vraag naar regulatie te beantwoorden? Kurt Lewin krijgt vanuit bedrijven de opdracht om onderzoek te doen naar leiderschap, regulatie en sociale conflicten (Lewin, 1947). Lewins uitgangspunt is, dat een uitsluitend theoretische leerbenadering van een organisatiekundig of maatschappelijk vraagstuk niet helpt bij het oplossen ervan. Er is meer nodig dan het inbrengen van theoretische kennis over hoe je organisaties inricht of problemen oplost. Er is een leerweg nodig die direct aansluit bij datgene wat zich in de praktijk afspeelt om zo tot vernieuwing te kunnen komen. Hij stelt dat het van fundamenteel belang is om de belevingswereld van de mensen die deel uitmaken van een vraagstuk, te onderzoeken. Daarmee legt hij de basis voor actieonderzoek. Kern van actieonderzoek Kern van Lewins theorie over actieonderzoek is dat theorievorming in de praktijk plaatsvindt en dat lerend vernieuwen en onderzoeken twee zijden van dezelfde medaille zijn. Lewin baseert zich daarbij op theoretische noties van de filosoof John Dewey (Dewey, 1933) die de verbinding maakt tussen denken en handelen en dit reflective thinking noemt. Cruciaal in Deweys theorie is dat denken en handelen verweven zijn. Dat inzicht maakt dat Lewin anders over onderzoek gaat nadenken. Je kunt ook onderzoek doen, concludeert Lewin, door ín de praktijk te stappen en met de spelers uit de praktijk samen op te trekken in een gezamenlijk onderzoeksleerproces. De praktijk kan daarmee in het hier en nu worden onderzocht. Door ervaringen en opvattingen in een specifieke situatie samen met betrokkenen in beeld te brengen, uit te wisselen en aan te scherpen, creëren onderzoekers en betrokkenen met elkaar een leerproces dat leidt tot inzichten voor de onderzoekers en tot handelingsbekwaamheid van de betrokkenen. Lewin werkt deze gedachte uit tot een onderzoeksleeraanpak. Kern van die aanpak is drieledig: (1) de https://www.canonvanlerenenontwikkelen.nl/actieonderzoek 3/9 18-10-2025, 22:34 Actieonderzoek - [Kurt Lewin] integratie van theorie en praktijk (praxis), (2) het hier-en-nuprincipe en (3) het werken met kleine groepen. Eerste kenmerk: integratie theorie en praktijk Lewins onderzoeksleeraanpak benadrukt de integratie van theorie en praktijk, van wetenschap en praxis. Dit is ingegeven door het sterke maatschappelijke engagement van Kurt Lewin. Niet praten over de praktijk, of − nog erger − praten over abstracties van de praktijk, maar het inbrengen van ervaringen, stellingnamen en belevingswerelden van mensen leiden tot verbetering van interacties. Dus niet het klassieke leermodel (klaslokaalmodel) waarin los van de praktijk en de alledaagsheid van de werkvloer vooraf vastgestelde kennis wordt aangereikt over die praktijk. Door leren te koppelen aan het waarnemen, duiden en conceptualiseren van ervaringen wordt kennis in de praktijk gemaakt. Tweede kenmerk: werken met kleine groepen Het concept van de kleine groep ontleent Lewin aan een andere psycholoog, de Engelsman Wilfred Bion, die in zijn theorie over groepsdynamica de positieve werking van de kleine groep aantoont. Bion gaat op zoek naar een verklaringsgrond voor de psychodynamiek van groepen en de dwingende invloed daarvan op personen. Hij komt terecht bij Freud. Freud heeft eerder een verklaring gezocht voor de mentale verandering die het individu in de groep ondergaat. Deze verklaring ontleent Freud aan de sociologen Gustave Le Bon (The Crowd: A study of the popular mind, 1895) en Wilfred Trotter (Instincts of the Herd in Peace and War, 1906). Beide beschrijven groepsvorming als een angstwekkend verschijnsel. Groepen duiden zij als representaties van de oerhorde (herdinstinct). De oerhorde, stellen zij, was de eerste groep van mensen die ongeciviliseerd was en werd gedreven door instinct. Groepsvorming heeft volgens le Bon en Trotter te maken met een herhaling van gebeurtenissen die in de oerhorde hebben plaatsgevonden. “In een groep wordt de mens een instinctief handelend wezen, een barbaar die neerdaalt op de ladder van de civilisatie” (Le Bon, 1897). Freud, Le Bon en Trotter spraken over de weerzinwekkende effecten van groepen, over massificatie en groepsgeest en het wegzinken van het individu in de groep als massamens. Maar Bion gaat verder: hij introduceert de ‘kleine groep’ als werkzame eenheid, waarin individuen tot ontwikkeling en zelfontplooiing kunnen komen. In tegenstelling tot de grote groep heeft de kleine groep een heilzame werking op de afzonderlijke individuen, maar ook op de dynamiek tussen die individuen. De kleine groep wordt de setting waarin ‘tussenmenselijke verhoudingen’ kunnen worden onderzocht en kunnen worden verbeterd. (Bion, 1961) Derde kenmerk: het hier-en-nuprincipe: trainingslaboratoria (NTL) als experimenteerruimte Lewins experimenten groeien uit tot een onderzoeksprogramma: de National Training Laboratories (NTL). De trainingslaboratoria zijn bedoeld om in het ‘hier en nu’ het eigen sociale gedrag en de onderlinge relaties in een ‘kleine groep’ te bestuderen en te leren kennen. De aanname daarbij is dat wat zich in het hier en nu afspeelt een uitvergroting is van de werkvloer en andere sociale settings. Door een groep te zien als een systeem met eigen regels, leren deelnemers situaties te begrijpen en te duiden. Het bewust maken van https://www.canonvanlerenenontwikkelen.nl/actieonderzoek 4/9 18-10-2025, 22:34 Actieonderzoek - [Kurt Lewin] je eigen rol in het geheel biedt de mogelijkheid om anders naar een conflictsituatie te kijken. De inzichten die uit de trainingslaboratoria komen, kunnen organisaties helpen hun werkprocessen adequaat en effectief te organiseren. Door deelname van medewerkers worden bovendien leerprocessen in gang gezet die de organisatie ten goede komen. In de NTL gaat het erom zicht te krijgen op het eigen gedrag, niet door te vragen naar het waarom ervan, maar door te kijken naar het effect ervan. De laboratoriummethode biedt daarbij een werkwijze om mensen te confronteren met het ‘ongekende zelfbeeld’. Zo worden openingen geboden om eigen en andermans aannames te onderzoeken en bespreekbaar te maken. In Europa richt de psychoanalyticus W.R. Bion in navolging van Lewin een tweede instituut op: het Tavistock Institute of Human Relations in Londen. NTL en Tavistock zijn nauw gelieerde instellingen, maar verschillen in focus. Bion benadrukt de ontwikkeling van groepsrelaties en groepsdynamica vanuit een psychoanalytische grondslag. Lewin is gericht op ervaringsleren als onderzoeksbenadering, waarin hij de integratie zoekt tussen theorieontwikkeling en praktijk. Nieuwe ontwikkelingen De trainingsvormen die NTL en Tavistock laten zien en de theoretische onderbouwing daarvan, hebben een zeer experimenteel, maar ook buitengewoon actueel karakter. De invloed van de experimenten en trainingen, die in de jaren na de Tweede Wereldoorlog zijn gedaan, op wat met zo’n mooi woord ‘na-ervarings­onderwijs’ heet, is evident. Het zijn deze experimenten en trainingssituaties die de basis vormen voor wat wij nog steeds actieonderzoek noemen. Het gedachtegoed van Lewin ontwikkelt zich in de naoorlogse decennia in meerdere richtingen. Actieonderzoek is daarin de ‘wetenschappelijke variant’. Maar ook zijn er varianten met een ideologische of zelfs spirituele signatuur, zoals groeprelatietrainingen en encounterachtige bewegingen die met name in de jaren zeventig het gedachtegoed van Lewin en Bion in een heel nieuw perspectief plaatsen. Beoefenaars van de ‘wetenschappelijke variant’ zijn daar niet altijd even gelukkig mee. Het oorspronkelijke denken raakt ermee vervuild, zeggen zij, en belast met ongewenste interpretaties en beelden. Ik richt mij in de bespreking van de leertheorie tot de wetenschappelijke variant. Voor de andere varianten verwijs ik naar de vele populaire publicaties die destijds zijn verschenen. In een publicatie uit de jaren negentig beschrijven Peter Miller en Nicholas Rose (1994) uitvoerig het ontstaan van de National Training Labs. Zij duiden het denken van Lewin als bakermat van praktijkonderzoek en organisatieontwikkeling en als nieuwe werkelijkheid waarin relatiedenken in de plaats komt van een rationele economische realiteit. Zij spreken van a relational ontology. Miller en Rose benadrukken de tijdloosheid en kracht van de methode: zij zien Lewins denken als basis voor een nieuwe leeraanpak, die psychoanalytische expertise, onderzoekexperimenten in sociale settingen, kennis van groepsdynamica en de rol van leiderschap daarin als grondslag heeft. De psychosociale benadering waar NTL − en ook Tavistock op bouwt, sluit immers naadloos aan bij de eigentijdse beleving en ervaring van organiseren, werken en leven. Het is een benadering die past op het eigentijds beeld van het functioneren van organisaties, families en https://www.canonvanlerenenontwikkelen.nl/actieonderzoek 5/9 18-10-2025, 22:34 Actieonderzoek - [Kurt Lewin] systemen en recht doet aan de complexiteit van op elkaar inwerkende elementen. (Miller & Rose, 1994). Praktijk en reflectie Toepassingen Op de schouders van Lewin Actieonderzoek (action research) kent veel navolging. Er zijn velen die op de schouders van Lewin staan. Er zijn nieuwe concepten gekomen en nieuwe wegen verkend. Variërend van zuiver actieonderzoek tot allerlei vormen van handelingsonderzoek en allerlei vormen van actieleren. De verschillende concepten leggen verschillende accenten, stellen afwijkende of andere aanpakken voor en baseren zich op gedeelde én verschillende bronnen. Wat overeenkomt, is het zoeken naar een verbinding tussen theorie en praktijk. Zo introduceerde de Engelse hoogleraar Reg Revans (1969) de term ‘actieleren’ in zijn boek The enterprise as a learning system. Hierin beschrijft hij lokale actie als leerproces om tot organisatorische verandering te komen, waarin hij kennis, ervaringsleren en groepsleren aan elkaar verbindt. Revans was bekend met de inzichten van Bion en Lewin, maar legde sterker de nadruk op het inbrengen van geprogrammeerde kennis en begeleide interactie in bijvoorbeeld het aanmoedigen van vragen. Er is zelfs een instituut naar hem genoemd The Revans Institute for Action Learning & Research. Het hier-en-nuprincipe vormt de basis voor de theorie van Donald Schön over reflectief handelen tijdens het handelen (Reflection in action, Schön, 1983). Door middel van reflectie op de eigen en andermans positie en op eigen en andermans handelen in het moment van handelen ontstaan er mogelijkheden om te komen tot betere interpersoonlijke relaties en te leren van elkaar. De diagnostische vaardigheid over wat er, bij en tussen mensen speelt, wordt op deze wijze vergroot. Ook de ervaringsleercyclus van Kolb (doen, bezinnen, denken, beslissen: Kolb 1984) en zijn theorie over experiential learning voert terug naar het gedachtegoed van Lewin. Kolbs cyclus is geen rationele, maar een reflexieve cyclus: na de handeling komt niet de rationalisatie om het handelen te begrijpen, maar kijk je wat het effect is van een actie, denk je na over de mogelijkheden van de effecten en neem je beslissingen over nieuwe acties. Meer recent is de aandacht voor ambachtelijkheid van Richard Sennett (Sennett, 2008) of het modus-3 leren van Harry Kunneman (2005). Deze en vele andere concepten voeren terug naar de grondslagen van Lewin, of zijn Europese vakbroeder Wilfred Bion, of incorporeren inzichten van deze twee in meer organisatiekundige of veranderkundige theorieën, waarvan de belangrijkste elders in dit boek worden besproken. Alle genoemde theoretici onderschrijven het belang van Lewins wetenschappelijke bijdrage en zien in hem een ‘Godfather’ van praktijkonderzoek en praktijkleren. De actualiteit van Lewins theorie De actualiteit van Lewins denken is enorm. De wereld van organisatieontwikkeling kan niet zonder Lewins denken. Veel van het praktijkgericht onderzoek dat geclaimed wordt door het hoger beroeps onderwijs voert terug op Lewins denken. Maar ook in academische kringen is Lewin een van de pijlers van sociaalwetenschappelijk onderzoek. https://www.canonvanlerenenontwikkelen.nl/actieonderzoek 6/9 18-10-2025, 22:34 Actieonderzoek - [Kurt Lewin] Lewin heeft het fundament gelegd voor een levende, actuele en een almaar groeiende leer- onderzoekspraktijk. Actieonderzoek is een aanpak waarin onderzoeken, leren, vernieuwen en adviseren hand in hand gaan. Met name waar het gaat om vraagstukken die de organisatie of de samenleving als geheel aangaan, is actieonderzoek een methode waarmee beweging kan komen in vraagstukken die muurvast zitten. Denk daarbij aan de jeugdzorgproblematiek, vraagstukken in het onderwijs of milieuproblemen. Casuïstiek laat zien dat de beginselen van Lewins theorie daar een prominente rol in hebben. Kritische geluiden Er is door de jaren heen naast enthousiasme ook steeds kritiek op de trainingslaboratoria en latere varianten van actieonderzoek. De kritiek betreft vooral de vraag naar de bewijsbaarheid en herhaalbaarheid van het effect van de trainingen, het naar binnen gekeerde karakter van de trainingen en de − in de ogen van de criticasters − twijfelachtige morele waarden waar de trainingen van uitgaan. De trainingen hebben volgens tegenstanders een sterke, ongecontroleerde invloed op de deelnemers en hebben veel weg van een hersenspoeling. De trainingen zouden leiden tot verlies van zakelijk vermogen en utopisch en onrealistisch handelen tot gevolg hebben. W. Cleon Skousen, een vooraanstaande Amerikaanse bestuurskundige uit die tijd, verzet zich onder meer tegen deelname door politiefunctionarissen(!) (Skousen, in Golembiewski & Blumberg, 1970) en de managementtheoreticus Odiorno raadt vooral managers af om deel te nemen aan de trainingen: … ‘Until the sensitivity trainers have come forth with a school which takes the overtly sensitive man and toughens him up into a rough and ready model of man as well the reverse, I can only suggest to businessmen that they avoid the whole cult’ (Odiorno, in Golembiewski & Blumberg, 1970]. De sociaalpsycholoog Klaus Horn (1972) klaagt erover dat mensen er beter aan doen te werken aan maatschappelijke en politieke bewustwording in plaats van het psychologiseren van individuele problemen en intra-groepsverschijnselen. Kurt Back, ook psycholoog, wijst op de ernstige gevaren van psychische breakdowns waar tien procent van de deelnemers aan encountergroepen mee te maken krijgt. Hij noemt het recognized dangers (Back, 1972). Andere negatieve geluiden benadrukken stelselmatig en dat er geen bewijs is van het effect van dit soort trainingen. Er worden in de jaren zeventig van de twintigste eeuw verschillende onderzoeken gedaan naar het effect van trainingen in tussenmenselijke verhoudingen. Niettemin laten de resultaten van die onderzoeken, ondanks de vele negatieve geluiden en een verslechterend imago, een doorgaans positief effect zien (Cambell & Dunette, 1968; Gibb, 1970; Moscov, 1969). De kritische geluiden ten aanzien van actieonderzoek horen we nog steeds. Actieonderzoek laat zich lastig onderbrengen als specifieke onderzoeksaanpak of leertheorie. In de sociale wetenschap neemt actieonderzoek nog altijd een marginale plaats in, al is met de aandacht voor onderzoek in het hbo er meer aandacht gekomen in wat praktijkgericht onderzoek is gaan heten. Actieonderzoek kent vele verschijningen en vele methodische uitwerkingen. In Lewins tijd ging het over tussenmenselijke verhoudingen, praxis en groepsrelaties, tegenwoordig komen we woorden tegen als casusadoptie, interactieve aanpak, meerpartijdig handelen of grensoverschrijdend samenwerken. Maar welke woorden we ook kiezen: de essentie is dat mensen met elkaar https://www.canonvanlerenenontwikkelen.nl/actieonderzoek 7/9 18-10-2025, 22:34 Actieonderzoek - [Kurt Lewin] de kern zijn waar het in organiseren en handelen om gaat en dat theorie en praktijk niet los van elkaar te benaderen zijn. Het is in die ontmoeting waarin we leren en waarin we ons kunnen ontwikkelen. Er is niets zo praktisch als een goede theorie en niets is een betere basis voor theorieontwikkeling als een rijke praktijk. Om te komen tot verandering en het borgen daarvan is een onderzoekende lerende houding nodig, die direct aangrijpt op wat zich onder onze ogen afspeelt. Daarin gaan leren, onderzoeken en vernieuwen altijd hand in hand: en dat is de kern van actieonderzoek. Referenties Literatuur · Argyris, C. (1992). Overcoming Organizational Defenses. Cambridge, MA: Blackwell Publishers. · Back, K.W. (1972). Beyond Words, the story of sensitivity training and the encounter movement. New York: Russel Sage Foundation. · Bion, W.R. (1961). Experiences in groups. Londen: Tavistock. · Campbell, J.P. & M.D. Dunette (1968). Effectiveness of T-group experiences in managerial training and development. Psychological Bulletin, vol. 70, no. 2, p. 73-104. · Dewey, J. (1933). How We Think. (Rev. ed.). New York: D.C. Heath & Company. · French, W.L. & C. Bell (1973). Organization D ­ evelopment, behavioral science interventions for organization improvement. Englewood Cliffs, N.J.: Prentice-Hall, International, Inc. · Freud, S. (1947/1921). Massenpsychologie und Ich-Analyse. Gesammelte Werke XIII. (p. 100). Frankfurt am Main: S. Fischer Verlag. · Gibb, J.R. (1970) ‘Sensitivity training as a medium for personal growth and improved interpersonal relationships. Interpersonal Development, 1,p.60-31 · Golembiewski, R. & A. Blumberg (eds.). S ­ ensitivity Training and the Laboratory approach: Reading about Concept and Applications. Itasca, IL: Peacock Publishers, Inc. · Horn, K. (1972). Gruppendynamik und der subjektiven Faktor. Franfurt am Main: Suhrkamp Verlag. · Kolb, D.A. (1984). Experiential Learning. ­Englewood Cliffs: Prentice Hall. · Kunneman, H. (2005) Voorbij het dikke-ik, S.W.P. uitgeverij. · Le Bon, G. (1982/1897). The crowd: a study of the ­popular mind. Virginia: Fraser Publisher Company. · Lewin, K. (1947). Resolving social conflicts. New York: Harper. · Lewin, K. (1961). Quasi stationary social equilibria and the problem of permanent change. In: W.G. Bennis, K.D. Benne & R. Chin. The planning of change. New York: Holt, Rinehart & Winston. · Lewin, K. (2008). A dynamic theory of Personality, Read Books · Marrow, A.J. (1977). The practical theorist: The life and work of Kurt Lewin. Teachers College Press · Mayo, E. (1945). The social problems of an industrial organization, New Hampshire: Ayer. · Miller, E.J. & N. Rose (1994). On therapeutic authority: psychoanalytical expertise and advanced liberalism. History of Human ­Science, vol. 7, no 3, p. 29-64. https://www.canonvanlerenenontwikkelen.nl/actieonderzoek 8/9 18-10-2025, 22:34 Actieonderzoek - [Kurt Lewin] · Moscov, D. (1969) T-groep training in Nederland, een evaluatie en vergelijking tussen de culturen.’ Mens en Onderneming, nr 23 · Nijkerk, K.J. (red.) (1975). Training in tussen­menselijke verhoudingen. Alphen aan den Rijn: Samsom Uitgeverij. · Odiorno, G.S.,(1970) ‘The trouble with sensitivity training’. In R.T. Golembiewski & A. Blumberg (eds. ) Sensitivity Training and the Laboratory Approach: . Itasca, IL: Peacock Publishers, Inc. · Revans, R. (2011) ABC of actionlearning, Gower Publishing Linited, Farnham, England · Revans, R. (1969) The enterprise as a learning system In: (2012) Action Learning in Practice, Routeledge · Schön, D.A. (1983). The reflective practitioner. San Francisco: Jossey Bass Inc. · Sennett, R. (2008) The Craftsman, Yale University Press. · Skousen, W.C. (1970). Chief watch out for those T-group promotors. In R.T. Golembiewski & A. Blumberg (eds.). Sensitivity Training and the Laboratory Approach. Itasca, IL: Peacock Publishers, Inc. · Staveren, Arienne van (2007). Zonder wrijving geen glans. Assen: Koninklijke Van Gorcum. · Trotter, W. (2003/1906). Instinct of the Herd in Peace and War. New York: Cosimo Inc. Websites · https://www.verywellmind.com/kurt-lewin-biography-1890-1947-2795540 · https://infed.org/kurt-lewin-groups-experiential-learning-and-action-research/ · https://journals.sagepub.com/doi/abs/10.1177/1350507699302002? journalCode=mlqb https://www.canonvanlerenenontwikkelen.nl/actieonderzoek 9/9