CHIRURGIE Schildklieroperatie BEHANDELING Schildklieroperatie U ondergaat binnenkort in ons ziekenhuis een schildklieroperatie. In deze folder leest u meer over welke operaties er mogelijk zijn en waarom ze nodig kunnen zijn. Ook leest u hoe uw opname in het ziekenhuis globaal zal verlopen. De informatie is algemeen van aard. De schildklier maakt hormonen die het lichaam nodig heeft om alle weefsels en organen te laten werken en de stofwisseling goed te laten verlopen. Wat is de schildklier? De schildklier is een orgaan dat de vorm van een vlinder heeft. Het bestaat uit twee helften en ligt tussen de adamsappel en het borstbeen, net voor en naast de luchtpijp (zie afbeelding). Aan de linker- en rechterkant van de schildklier zitten stembandzenuwen. Deze zorgen ervoor dat de stembanden kunnen bewegen. Aan de achterkant van de schildklier zitten ongeveer vier bijschildkliertjes die de hoeveelheid kalk (calcium) in uw bloed regelen. Waarom een operatie? Het kan om verschillende redenen nodig zijn dat u aan uw schildklier wordt geopereerd: 1. De schildklier werkt te hard. Als dat niet met medicijnen kan worden geremd, kan een operatie noodzakelijk zijn. 2. Er zit een knobbel in uw schildklier. 3. De schildklier bevat meerdere knobbels of is vergroot. Dit kan ervoor zorgen dat u last hebt met ademhalen en slikken. Figuur 1: schildklier 1 tijdelijke beschadiging van de korte halsspieren of andere zenuwen zijn de oorzaak hiervan. Een andere (zeldzame) complicatie is beschadiging van een van de bijschildklieren. Als uw schildklier in zijn geheel is verwijderd, is het noodzakelijk om het hormoon dat de schildklier normaal gesproken aanmaakt, te vervangen door medicijnen. Is uw schildklier gedeeltelijk verwijderd, dan hoeft u meestal geen medicijnen meer te gebruiken na de operatie. Over het algemeen is een schildklieroperatie een veilige operatie met weinig complicaties en een vlot herstel. 4. De knobbels vormen een cosmetisch bezwaar. Het kan zijn dat andere mensen de knobbels kunnen zien of dat u ze kunt zien. Daar hebt u problemen mee. Drie behandelmethoden Er zijn drie soorten schildklieroperaties te onderscheiden: 1. De totale schildklierverwijdering. De schildklier wordt dan in zijn geheel verwijderd, bijvoorbeeld bij sommige vormen van schildklierkanker. 2. Gedeeltelijke schildklierverwijdering. Beide helften van de schildklier worden niet geheel, maar gedeeltelijk verwijderd. Bijvoorbeeld bij een te grote schildklier of een te hard werkende schildklier. 3. Halfzijdige schildklierverwijdering. Eén helft van de schildklier wordt geheel verwijderd. Bijvoorbeeld bij een knobbel die kwaadaardig kan zijn. Uw verblijf in het ziekenhuis De gang van zaken U meldt zich in het ziekenhuis op de afgesproken tijd en plaats. Een medewerker wijst u vervolgens de weg naar de verpleegafdeling. Daar krijgt u een opnamegesprek met de verpleegkundige. Tijdens dit gesprek probeert de verpleegkundige onder andere informatie te verzamelen die ertoe kan bijdragen dat de verpleegkundige zorg op uw persoonlijke wensen en gewoonten wordt afgestemd. Ook krijgt u een folder met afdelingsinformatie. Mogelijk vindt de arts het noodzakelijk om nader onderzoek bij u te verrichten (bijvoorbeeld bloedonderzoek). Dat zal dan ook op de opnamedag gebeuren. Mogelijke complicaties Zoals bij elke behandeling, bestaat er ook bij een schildklieroperatie kans op complicaties. De kans hierop hangt samen met het soort operatie. Hoe ingewikkelder de operatie, hoe groter de kans op beschadiging van weefsel dat vlakbij de schildklier ligt. Zo is het mogelijk dat er een stembandzenuw wordt beschadigd. Dit gebeurt echter zelden (bij minder dan 1% van de patiënten). Bovendien kan uw stemgeluid met behulp van een logopediste weer verbeterd worden. Ook als de stembandzenuw niet beschadigd is, kan uw stem tijdelijk veranderen. Deze kan bijvoorbeeld iets hoger of lager klinken dan voorheen. Een 2 wordt een horizontale snee laag in uw hals gemaakt. De arts kan de schildklier dan goed bereiken en verwijdert vervolgens de schildklier geheel of gedeeltelijk. Tijdens de operatie krijgt u een infuus in uw arm. Dat is een dun plastic slangetje dat de anesthesioloog (de verdovingsarts) in een bloedvat in uw arm brengt en waardoor vocht en eventueel medicijnen kunnen worden toegediend. Afhankelijk van het soort operatie is het mogelijk dat u drains (slangetjes) krijgt. Via deze slangetjes wordt het teveel aan wondvocht afgevoerd. Meestal kunnen deze drains na 24 uur weer worden verwijderd. Het kan zijn dat u op de eerste dag in het ziekenhuis gelijk geopereerd wordt. Maar het kan ook zijn dat u al een dag voor de operatie wordt opgenomen. Dit verschilt per persoon; uw arts kan u uitleggen waarom bij u voor een bepaalde vorm van opname is gekozen. Als u de avond van tevoren wordt opgenomen, dan krijgt u van de verpleegkundige een injectie ter voorkoming van trombose (stolling van het bloed). Deze injectie krijgt u vervolgens iedere avond totdat u weer goed op de been bent. Eten en drinken Na de operatie Op de dag dat u geopereerd wordt, mag u vanaf 24.00 uur niet meer eten. U mag wel nog heldere, vloeibare dranken hebben zoals water, thee met of zonder suiker, zwarte koffie met of zonder suiker, bouillon, appelsap, druivensap en limonadesiroop. Als u ‘s ochtends geopereerd wordt, dan mag u vanaf 06.00 uur niet meer eten en drinken. Wordt u ‘s middags geopereerd, dan mag u vanaf 10.00 uur niet meer eten en drinken. Ook roken raden wij af. Na de operatie blijft u eerst een tijdje op de uitslaapkamer tot de narcose voldoende is uitgewerkt. Hierna wordt u teruggebracht naar de afdeling. Als u pijn hebt of misselijk bent, vraagt u hier dan gerust iets tegen aan de verpleegkundige. De pijn na de operatie valt vaak mee en is te vergelijken met een keelontsteking. Het infuus kan een paar dagen blijven zitten. Twee keer per dag wordt er bloed bij u afgenomen om het kalkgehalte te bepalen. Als deze uitslagen goed zijn, mag het infuus eruit. Na de operatie mag u in principe alles weer eten. De wond geneest snel en meestal met een litteken dat na verloop van tijd amper meer te zien is. Naar de operatieafdeling Kort voor de operatie krijgt u operatiekleding aan. Hierna wordt u in uw bed naar de operatieafdeling gebracht. Daar stapt u over op een ander bed (brancard). Dan wordt u naar de operatiekamer gereden. De operatie De operatie wordt verricht onder algehele narcose. U wordt dus in slaap gebracht en merkt niets van de operatie. De operatie duurt gemiddeld zo’n anderhalf uur. Er 3 Weer naar huis Na een tot vier dagen gaat u weer naar huis. U krijgt afspraken mee voor een controle op de poli door de chirurg, een week na de ingreep. Uw arts of de verpleegkundige vertelt u of uw wond nog speciale nazorg nodig heeft. U kunt snel weer gaan werken. Vragen Wilt u meer weten of begrijpt u iets niet? Stel dan gerust uw vragen aan de arts en verpleegkundige. Hebt u eenmaal thuis nog vragen of problemen, dan kunt u uw huisarts bellen of contact opnemen met de poli Chirurgie. U vindt onze contactgegevens in het grijze adreskader achterin deze folder. 4 St. Antonius Ziekenhuis T 088 - 320 30 00 E patienteninformatie@antoniusziekenhuis.nl www.antoniusziekenhuis.nl Spoedeisende Hulp 088 - 320 33 00 Chirurgie 088 - 320 19 00 Locaties en bezoekadressen Ziekenhuizen Poliklinieken St. Antonius Ziekenhuis Utrecht Soestwetering 1, Utrecht (Leidsche Rijn) St. Antonius Polikliniek Utrecht Overvecht Neckardreef 6, Utrecht St. Antonius Ziekenhuis Nieuwegein Koekoekslaan 1, Nieuwegein St. Antonius Polikliniek Houten Hofspoor 2, Houten St. Antonius Spatadercentrum Utrecht-De Meern Van Lawick van Pabstlaan 12, De Meern 5 Meer weten? Ga naar www.antoniusziekenhuis.nl CHI 15/05-13 Dit is een uitgave van St. Antonius Ziekenhuis